Op 7 augustus start de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) met de aanleg van een vistrap aan de stuw op de Kleine Nete in Kasterlee.

Hiermee wordt het laatste overblijvende vismigratieknelpunt op de Kleine Nete opgelost, één van de meest natuurlijke waterlopen in Vlaanderen
Een tiental jaar geleden was de Kleine Nete nog een onmogelijke hindernis voor migrerende vissen.

Een reeks van 5 knelpunten verhinderden er elke vorm van stroomopwaartse vismigratie. Van monding tot bron ging het over de watermolenstuw van Grobbendonk, de stuw aan het Spaans Hof te Herentals, de stuw in Kasterlee, de stuw op de grens van Retie en Kasterlee en de watermolen van Retie. Vier van de vijf knelpunten zijn ondertussen door de VMM opgelost via de aanleg van nevengeulen met bekkentrappen.
 
De stuw in Kasterlee is het vijfde en laatste vismigratieknelpunt op de Kleine Nete. De stuw werd oorspronkelijk aangelegd om een oude watermolen van voldoende stuwkracht te voorzien. Om het niet passeerbare hoogteverschil van de stuw te overwinnen, zal een korte bekkentrap aangelegd worden met 20 opeenvolgende drempels. De bekkentrap bestaat uit V-vormige drempels met verticale doorgangen in het midden.

Zo zijn de drempels passeerbaar voor alle voorkomende vissoorten op de Kleine Nete. Onderzoek op de gelijkaardige vistrap in Herentals (Spaans hof) wees uit dat dergelijke vistrappen erg effectief en attractief zijn voor de migrerende vissoorten.
 
Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege: “Dankzij de goede waterkwaliteit tellen de Kleine Nete en haar zijlopen ondertussen niet minder dan 20 vissoorten, waaronder zeldzame en beschermde soorten zoals de Beekprik, Rivierdonderpad en Kleine en Grote modderkruiper De Kleine Nete is dan ook één van de Vlaamse speerpuntgebieden, waar de Europese normen voor ‘goede ecologische toestand’ tegen 2015 haalbaar zijn.” Logisch dus dat de VMM een prioriteit maakt van de verdere verbetering van dit aquatische ecosysteem.

Vissen kunnen van de nieuwe vispassage gebruikmaken om hun leefgebied uit te breiden en naar hun stroomopwaarts gelegen voortplantingsgebieden te zwemmen. Het opheffen van de migratiebarrière komt de gehele visfauna van de Kleine Nete ten goede.
 
Met dit project wordt ook uitvoering gegeven aan de EG-Verordening voor het herstel van de paling en de Benelux Beschikking inzake vrije vismigratie. De bouw van de vistrap wordt ondersteund door het ANB- Visserijfonds ten bate van het visstandbeheer en de openbare visserij.

De werken beginnen op 7 augustus en zullen 70 werkdagen in beslag nemen. Tijdens de werf zal er hinder zijn voor de voetgangers die gebruik maken van het lokale wandelpad. Op de dagen dat er damplanken worden geheid, is om veiligheidsredenen de kanovaart ter hoogte van deze werken op de Kleine Nete niet toegelaten.